Max Elias

Voor Herinneringskamp Westerbork geeft Hans Elias gastlessen op scholen. Hierin vertelt hij over de oorlog en zijn opa Max Elias die op 14 mei tijdens het bombardement overlijdt. Volgens zijn informatie bevindt zijn opa zich tijdens het bombardement in een bioscoop in de binnenstad, waar hij zich als Duitse Jood moet melden.
Op de eerste foto zie je Hans in de kinderwagen, aan het wandelen met zijn opa Max.

Uit de gastles van Hans Elias:

'Ik heet Hans Elias en ben in 1937 in Rotterdam geboren. Mijn verhaal begint al vóór mijn geboorte; in het begin van de jaren 1930.

Mijn opa’s en oma’s, vader en moeder woonden in Duitsland en waren Duitse Joden. De ene opa had een meubelzaak en de andere een schrijfwarenwinkel. Er was in die periode veel werkloosheid en mensen waren ontevreden. Het ging slecht met de economie. Mede doordat Duitsland in 1918 de Eerste Wereldoorlog verloren had en grote herstelbetalingen aan de overwinnaars moest betalen. In 1930 ontstond een nieuwe partij in Duitsland, met Adolf Hitler als leider. In 1933 greep Hitler de absolute macht en maakte een einde aan de democratie. Hij beloofde dat het onder zijn leiding met Duitsland weer beter zou gaan worden en gaf de Joden de schuld van alle ellende.

Hitler beschouwde Joden als minderwaardig en gaf hen ook nog de schuld van de nederlaag van de
1e Wereldoorlog. Zijn opdracht aan de Duitsers: koop niet bij Joodse winkels. Mijn opa’s en oma’s kregen grote problemen, zo werd de huur van hun winkel opgezegd omdat zij Joods waren.

Verhuizing naar Rotterdam
Zij verhuisden noodgedwongen in 1933 met mijn vader en moeder naar Nederland en gingen in Rotterdam wonen. Hier begonnen zij een groothandel in toiletartikelen. Mijn opa’s en oma’s waren blij dat zij Duitsland verlaten hadden om in het mooie Nederland te kunnen wonen. Mijn opa Max ging regelmatig met mij wandelen.

Oorlog
In 1939 begon Hitler zijn oorlog tegen Polen. Hij wilde een groot Duits Rijk stichten. Dat was het startschot van de 2e Wereldoorlog. Op 10 mei 1940 werd Nederland aangevallen. De Duitsers eisten de overgave van Nederland. Het Nederlandse leger was slecht bewapend en ook geen partij voor het Duitse leger, maar wilde niet direct capituleren.

Bombardement
En dat had grote gevolgen. Vier dagen later, op 14 mei, gebeurde het niet verwachte. Om de overgave af te dwingen had Hitler opdracht gegeven Rotterdam te bombarderen, en als verteld, woonden wij daar allemaal.

De Duitse vliegtuigen waren op weg naar Rotterdam, alleen had Nederland zich al een paar uur eerder overgegeven. Maar dat bericht bereikte de vliegtuigen niet. Rotterdam werd zwaar gebombardeerd: de gehele binnenstad werd verwoest en brandde af. Op dat moment bevond mijn oma Max zich in de binnenstad. Hij vond door verbranding de dood. Later kon hij alleen nog geïdentificeerd worden aan zijn horloge, dat nog gedeeltelijk intact was.

Honderden mensen vonden de dood en wat van de lichaamsresten overgebleven was, werd in een massagraf begraven op de Rotterdamse begraafplaats Crooswijk.'

 

Rotterdam na het bombardement, uit de presentatie van Hans Elias